Vervoersbewijzen

Bekroond met de Herman de Coninckprijs 2022

Genomineerd voor de shortlist van de Grote Poëzieprijs 2022

“Je zou de bundel Vervoersbewijzen kunnen lezen als een poging om het alledaagse te verzoenen met het goddelijke. Of beter: om de schijnbare tegenstelling tussen beide op te heffen. Dat levert heel eigenzinnige en fascinerende gedichten op, die volkomen origineel en vernieuwend zijn (…) De jury was verrukt over deze poëzie: zij is nieuw, anders, veelzijdig, grappig, geëngageerd, rijk.”

— Juryrapport Herman de Coninckprijs 2022

“De taal van Nuyts loopt over van taalplezier, en lijkt soms op te flakkeren van de pagina, zoals de verinnerlijkte stadsverlichting die hij beschrijft (...) Daarbij biedt de dichter met zijn tweede bundel (...) met levendige beschrijvingen een boeiend portret van Brussel, een stad die van botsende talen, religies en idealen in Vervoersbewijzen op barsten staat (...) een begenadigd en intrigerend dichter.”

— Maria Barnas in NRC ****

“Soms domineert de ironie, op andere momenten de ernst – alsof de dichter in de schokbewegingen van het openbaar vervoer tussen die beide uitersten op en neer wordt geslingerd. Het levert fascinerende poëzie op. ‘Ik eet de boekrol op: / ze smaakt zo zoet als honing’, noteert Nuyts in zijn slotcyclus. Ongetwijfeld moeten we dat lezen met Lukas, Johannes of Ibrahim in de hand, maar wat mij betreft mogen we deze regels ook op deze uitstekende bundel projecteren.”

— Jeroen Dera in De Standaard ****

“Vervoersbewijzen is een prachtige bundel, doorwrocht en virtuoos, grappig, maar tegelijk ook helder, tastbaar in het nu (…) [Nuyts] zoekt werkelijk overal om zich heen naar momenten van vervoering die bewijzen dat we boven de dagelijksheid uitstijgen, of die maken dat die dagelijksheid ook vol en dragelijk kan zijn. Het is geen gemakkelijke abstracte godzoekerij, geen ijle mystiek. Nuyts blijft met twee voeten op de grond staan. Het resulteert in levendige, bruisende poëzie, waar je ook regelmatig om kan lachen.”

— Koen Vergeer in Poëziekrant

“Vervoersbewijzen […] is zowel een bijzonder tijdsdocument als een vertroosting”

“Sferische gedichten waarin alles en iedereen voortdurend in beweging is, met beelden die beklijven.”

— Merijn Schipper en Myrte Leffering in Awater

“De gedichten van Tijl Nuyts zijn bezwerende bespiegelingen over de moderne tijd en onze atavistische reflexen. Toeristen worden nomaden worden pelgrims worden wegwerpmateriaal. Passagiers worden profeten, geliefden, zieken, beulen, martelaars, en zielsverwanten. Schoonheid en wreedheid, pulp en puurheid worden naadloos met elkaar verweven. Ik overdrijf dan ook niet wanneer ik de poëzie van Tijl Nuyts mijn grootste literaire ontdekking van de 21ste eeuw noem.”

— Delphine Lecompte

Anagrammen van een blote keizer

Genomineerd voor de C. Buddingh’-Debuutprijs 2017

“Deze bundel, van de jongste en meest durvende genomineerde, valt op door het beheerste denk-en taaleigen, zijn originaliteit en de ver doorgevoerde compositie. Hier wordt een verrassende en meertalige wereld geschetst met wonderlijke figuren en onverwachte denkbewegingen die zowel weelderig als weergaloos verwarrend is. In zijn bundel geeft Nuyts een nieuwe definitie aan wat poëzie zou kunnen zijn en heeft hij daar een nieuwe taal voor bedacht.”

— Juryrapport C. Buddingh’-Prijs 2017

“Anagrammen van een blote keizer is (…) een sprookjesachtige zoektocht (…) een avontuurlijke reis (…) een vrolijke hinkstapsprong door het Babylon van taal, vol eigengereide beelden.”

— Janita Mona in Trouw 

“Er verschijnt niet vaak een debuut dat zo sterk en zo bevreemdend is. Wie Anagrammen van een blote keizer opent, wordt vanaf de eerste regels meegezogen in een merkwaardig universum (…) Anagrammen van een blote keizer is een bijzonder ambitieus en rijk project. Tijl Nuyts weet dat traject niet enkel overtuigend neer te zetten, hij is bovenal een meester in het verwoorden van gebalde gedachten en beelden.”

— Dirk De Geest op Mappalibri